Hand - Pols Expertise Centrum

Den Bosch en omgeving

SL-laesie

Wat is een scapholunaire ligament laesie (S-L laesie)?
Dit is een scheur van de band (ligament) tussen het scheepsvormige handwortelbeentje (scaphoid) en het maanvormige handwortelbeentje (lunatum). Dit kan bijvoorbeeld ontstaan na een val op de gestrekte pols. In de acute fase zie je niets afwijkends op een röntgen foto en zullen de eerste pijnklachten ten gevolge van de val verdwijnen. Pas na verloop van tijd zullen klachten van de pols ontstaan wanneer het bandje niet wordt hersteld. Onbehandeld zullen de klachten toenemen door toenemende slijtage van het kraakbeen van de pols (zie oorzaak). Soms kan een S-L laesie ontstaan door chronische overbelasting van de pols zoals wel eens gezien wordt bij bijvoorbeeld een stratenmaker.

Klachten
Er is sprake van pijn in de pols, die in de loop der jaren toeneemt. Met name bij belasten van de pols nemen de klachten toe. De pijn kan gepaard gaan met het merkbaar verplaatsen van het scaphoid in de pols (voelbare klik). Indien het bandletsel onbehandeld blijft zal uiteindelijk ook de polsfunctie afnemen door slijtage van het kraakbeen in de pols (zie oorzaak).

Oorzaak
Door middel van het scapho-lunaire ligament (S-L ligament) zijn het scaphoid en lunatum met elkaar verbonden. Hierdoor volgen ze elkaar op bij het bewegen van de pols, zoals treinwagonnetjes achter elkaar blijven rijden doordat ze met elkaar verbonden zijn. Door een scheur in het S-L ligament gaan het scaphoid en het lunatum onafhankelijk van elkaar bewegen. Het scheepsvormig botje kantelt voorover en het maanvormig botje kantelt achterover. Naar verloop van tijd neemt de afstand tussen het scaphoid en lunatum toe. Deze toename in ruimte is wel op een röntgenfoto zichtbaar. De abnormale beweging kan binnen enkele jaren leiden tot een versnelde slijtage van het kraakbeen van de pols (zie SLAC wrist).

De diagnose wordt gesteld aan de hand van lichamelijk onderzoek (Watson test), en aanvullend röntgenfoto’s (oa een knijpfoto; foto waarbij u in een handdoek knijpt) en een MRI-scan. Indien op het aanvullend onderzoek blijkt dat er sprake is van een S-L lesie waarbij nog geen gewrichtsschade is opgetreden kan volstaan worden met een reconstructie van het S-L ligament (zie behandeling). Indien er echter wel slijtage van het kraakbeen in het polsgewricht is opgetreden (SLAC wrist) moet uitgeweken worden naar de zgn salvage procedures. Afhankelijk van de ernst kan er gekozen worden voor een proximale rijcarpectomie (PRC), partiele pols arthrodese, volledige polsarthrodese of polsprothese. (zie arthrose pols)

Behandeling
Indien de diagnose van een S-L lesie binnen enkele weken wordt gesteld kan mogelijk het ligament nog gehecht worden. Vaak is dit niet meer mogelijk en moet er een reconstructie plaatsvinden van het ligament, de zogenaamde Brunelli-plastiek:
Een deel van de buigpees van de pols (flexor carpi radialis) wordt doorgevoerd door een gat aangebracht in het scaphoid, van de voorzijde naar de achterzijde van de pols. Ter hoogte van het lunatum wordt de peesstrip gefixeerd mbv een botanker en vervolgens wordt de peesstrip ook nog om een ander polsbandje geslagen en vastgeknoopt om een extra stevige verankering te krijgen. Middels deze reconstructie wordt de voorover kanteling gecorrigeerd en het gezamenlijk bewegen van het scaphoid en lunatum zo veel mogelijk hersteld. De gecorrigeerde stand van het scaphoid wordt de eerste 4 weken geborgd dmv een stalen pin (K-draad). De operatie kan onder regionale verdoving (armprik) of algehele narcose worden verricht.

Complicaties
Complicaties treden niet vaak op, maar een operatie aan de hand en pols kan gecompliceerd worden door een nabloeding, infectie, koude-intolerantie en het ontwikkelen van vegetatieve ontregeling (zie vegetatieve ontregeling). Specifiek voor de Brunelli-plastiek geldt: verklevingen rondom de pees waarvan een deel is geoogst, breken (fractuur) van het scaphoid of zelfs afsterven (necrose) deel van het scaphoid door het opboren van het betreffende handwortelbeentje. Daarnaast zal de tijd zal moeten uitwijzen of de reconstructie van de band stevig genoeg is. Afhankelijk van het beroep zal de plastiek in meer of meerder mate belast worden. De opzet is dat men het eigen werk wel weer kan hervatten.


Nabehandeling
U krijgt 4-6 weken gips waarna u wordt nabehandeld door een van de handtherapeuten van het HPEC. Na 3 maanden vindt krachtsopbouw plaats en mag u de pols steeds zwaarder gaan belastingen.